Mare en ik zitten gezellig samen aan tafel te schrijven. Dat doen we beiden graag en samen is het nog leuker. Meestal is er bij ons weinig voor nodig om ons in een goede schrijfstemming te krijgen. Pen, papier en gaan!

Vandaag is het lastiger. We schrijven beiden een verhaal voor een wedstrijd. Eigenlijk zou dat niet uit moeten maken, maar toch kijk je dan kritischer naar wat je opschrijft. ‘Een kritische binnenstem spreekt mee’ noemen schrijvers dat wel eens. Toch willen we alle twee graag meedoen aan de wedstrijd. Het is verleidelijk om gewoon te gaan zitten wachten tot er inspiratie komt, maar zo werkt dat niet met schrijven. Je moet ‘gewoon beginnen’.

Om los te komen zoeken we eerst het kunstwerk ‘Irinaland über dem Balkan’ van Hundertwasser (hierboven) op dat ons allebei aanspreekt. Het had net zo goed iets anders kunnen zijn, zoals een foto of een afbeelding uit een prentenboek. Bij het kunstwerk schrijven we tien minuten lang alles op wat er bij ons opkomt. Alles mag. Niets is fout. Strepen is verboden. Het grappige is dat deze manier van schrijven mooie zinnetjes oplevert. Mare schrijft bijvoorbeeld ‘hoofd in het gras, gerimpeld gezicht met starende ogen, turend in de oneindigheid’. En ik ‘de trein maakt trage dorpjes tot snelle streep’. Met de opdracht van de wedstrijd heeft het niets te maken, maar dat is prima.

Als we later goed en wel aan het werk zijn vraagt Mare: ‘Wat schrijf je?’. Ik zeg dat ik eerst aan een blog ben begonnen en lees voor wat ik geschreven heb. ‘Schrijf er ook maar bij dat een pauze met een duik in het zwembadje en even heen en weer rennen ook helpt om de kritische binnenstem te verjagen,’ zegt ze. Bij dezen. Dat helpt ook.